Vanaf 1 juni onderging de regelgeving over wettelijke garantie een aantal wijzigingen ten voordele van de consument. Het bewijs dat een product of dienst niet-conform is, ligt voortaan uitsluitend bij de verkoper. Ook digitale inhouden en diensten komen erin aan bod. Dat is het resultaat van een herziening van de Europese regelgeving.
Je hebt een wasmachine gekocht die het na twee maanden begeeft, de kast die is geleverd is niet even groot als de kast die je hebt besteld … In dergelijke gevallen is de wettelijke garantie van toepassing. Consumenten zijn vanaf 1 juni nog beter beschermd zijn tegen de non-conformiteit van producten en diensten die in de EU worden gekocht. Non-conformiteit betekent dat een geleverd goed niet overeenstemt met wat contractueel is overeengekomen of redelijkerwijs door een consument verwacht kan worden.
Twee jaar is twee jaar
De garantiewet is van toepassing op de verkoop van consumptiegoederen door een professionele verkoper aan een consument die ze voor privégebruik koopt, en dat gedurende twee jaar vanaf de levering van het goed of de dienst. Een belangrijke nieuwigheid is dat de bewijslast over het al dan niet bestaan van een conformiteitsgebrek (al bestaand bij de levering) nu voor de volledige duur van de wettelijke garantie uitsluitend bij de verkoper ligt. Voorheen had de verkoper na het verstrijken van de eerste 6 maanden het recht om de consument te vragen te bewijzen dat het gebrek niet zijn verantwoordelijkheid was (bv. verkeerd gebruik).
Voor tweedehandsgoederen kan altijd een periode van minder dan twee jaar worden overeengekomen. De garantie voor tweedehandsgoederen kan echter niet minder dan één jaar bedragen en de verkoper moet de consument daarvan op een duidelijke en ondubbelzinnige wijze op de hoogte brengen. Als dat niet het geval is, geldt een garantie van twee jaar ook voor tweedehandsgoederen.
Ook garanties voor digitale inhoud en diensten
Een andere nieuwigheid die de nieuwe wet op de wettelijke garantie invoert, is dat digitale inhoud en diensten nu ook twee jaar gedekt zijn. Digitale inhoud omvat onder meer computerprogramma’s, apps, videobestanden, audiobestanden, muziekbestanden, digitale spellen, e-boeken of andere elektronische publicaties.
Digitale diensten omvatten streamingdiensten voor films of muziek, cloudopslagdiensten en zelfs sociale media. Die inhoud en diensten moeten voldoen aan een reeks conformiteitsvereisten, zoals:
- overeenstemmen met hetgeen in het contract is bepaald over beschrijving, kwantiteit, kwaliteit, functionaliteit, interoperabiliteit, compatibiliteit;
- afgestemd zijn op het specifieke doel dat de consument nastreeft;
- in overeenstemming zijn met de proefversie of het overzicht van de digitale inhoud of dienst die de handelaar eventueel voorafgaand aan de sluiting van de overeenkomst ter beschikking heeft gesteld;
- worden bijgewerkt zoals in het contract is bepaald
Elk conformiteitsgebrek dat voortvloeit uit het feit dat de digitale inhoud of de digitale dienst niet correct in de digitale omgeving van de consument is geïntegreerd, wordt beschouwd als een conformiteitsgebrek van de digitale inhoud of de digitale dienst. Dat geldt zowel voor de integratie door de handelaar als door de consument op basis van onjuiste instructies. In tegenstelling tot conventionele goederen, kan de handelaar in het geval van digitale inhouden en diensten de consument na één jaar vragen te bewijzen dat het gebrek reeds bestond op het moment van de levering.
Wat als er iets misgaat?
Wanneer een conformiteitsgebrek wordt vastgesteld, moet de consument de verkoper daarvan op de hoogte brengen. Dat moet zo spoedig mogelijk gebeuren en in elk geval binnen twee maanden na de vaststelling van het gebrek. De consument heeft dan het recht het product te laten herstellen of vervangen of de digitale inhoud of dienst conform te maken, tenzij dat onmogelijk is of onevenredig hoge kosten voor de handelaar met zich meebrengt. In dat geval kan de consument een prijsvermindering of terugbetaling eisen.
Als de handelaar weigert, wordt de consument verzocht dat te melden aan de Economische Inspectie. Op basis van die melding kan de Economische Inspectie besluiten een onderzoek in te stellen. Om een oplossing voor het geschil te vinden, kunnen consumenten ook een beroep doen op de Consumentenombudsdienst, of op het Europees Centrum voor de Consument als de handelaar in een andere EU-lidstaat is gevestigd.
Pierre-Yves Dermagne, minister van Economie: ‘Om van de garantieregeling te kunnen genieten, zullen consumenten niet langer moeten aantonen dat zij niet verantwoordelijk zijn voor het slecht functioneren van een aangekocht product. De effectieve duur van de garantie wordt eindelijk 2 jaar, in de plaats van 6 maanden! Dat is niet alleen in het voordeel van de consument, die een veel betere bescherming geniet, maar betekent ook winst op vlak van duurzaamheid. De nieuwe regelgeving zal producenten aanmoedigen om meer duurzaam te produceren en zal de reparatiesector versterken.’
Eva De Bleeker, Staatssecretaris voor Consumentenbescherming:’ Dit zijn eindelijk duidelijke, eenvoudige en gebruiksvriendelijke regels. Zowel voor consumenten als voor verkopers. De consument zal beter beschermd zijn en de regelgeving zal zorgen voor minder conflictsituaties. Door dit ook voor de tweedehandsmarkt te doen, creëren we ook daar bijkomende bescherming en vertrouwen. Dat zal helpen om producten langer te gebruiken, wat een boost kan zijn voor duurzame consumptie.’